|
Het is een gure namiddag. Regen, wind, wild dwarrelende bladeren. Onrust is zichtbaar in de vogels die druk heen en weer vliegen, in de bomen die buigzamer zijn dan ik ooit gedacht had. En is voelbaar in mezelf alsof die wind ook in mijn longen rond raast. Ik voel een tinteling in mijn hoofd en weet dat ik moet vertragen. Niet stoppen maar vertragen, dat is al genoeg om terug rustig te worden. Terwijl alles hier binnen in de kamer al rustig en stil is.
Ik ben immers alleen thuis. Zoals ik voortaan wel vaker alleen thuis zal zijn. De dochters zijn de deur uit. Stilte, rust, geen rondslingerende cursussen, notablokken en markeerstiften meer. Geen wasmand die van bijna leeg plots helemaal vol zit. Geen sportzakken en verdwaalde schoenen in de gang. Geen uitpuilende koelkast met 2+2 Albert Heyn aanbiedingen. Maar enkel kleine verpakkingen. Muziek op de achtergrond en een to-do lijstje alleen voor mezelf. Rust. Maar ook geen deur die plots openzwaait en een “Mama, moet je nu wat weten…” gevolgd door een lang, intens verteld verhaal. Geen “samen onder een dekentje naar First Dates kijken” en frietjes eten aan de salon tafel. Geen “samen onnozel doen en lachen met onszelf” of elkaar troosten bij de emo-momenten van een perfectionistische student en dito bezorgde moeder. Maar wel telefoongesprekken op de fiets, in de auto, onderweg. Kleine nieuwsjes die herkenbaar zijn. Horen en voelen hoe gelukkig ze zijn, waar ze tegenaan botsen, hoe ze blijven groeien en hun weg vinden in deze gekke wereld. En 1 keer in de maand onze familiezaterdag met gezelligheid, grappen en verhalen. Het verplicht langer tafelen en binnen blijven omdat de kleinste kleinzoon nog een dutje moet doen. Een kleine inhaalbeweging van samen-zijn die minstens even verbindend is als 24/7 onder één dak. Het zwarte gat? Het lege nest? Ik geef toe, er zijn momenten dat ik me alleen voel en het enthousiasme en de energie mis van de meisjes. Zelfs de herinneringen aan de kleine drama-momenten doen me nu glimlachen. Tegelijk ben ik blij om ze los te laten, alleen dan kunnen ze verder groeien en echt hun leven leven. En dat geldt ook voor mij...
0 Opmerkingen
Mijn oudste dochter zit aan de keukentafel. Ze eet een boterham met kaas en confituur. Bizarre keuze. De rust en het “gelukkig zijn” die ze uitstraalt heb ik nog nooit op die manier bij haar gezien. Plots schiet er een gevoel door mijn hele lijf: ze is zwanger … Eerst ontkent ze. Dan twijfelt ze. Het zou wel kunnen, zegt ze. Enkele dagen later bevestigen twee blauwe streepjes: zij wordt mama! En ik ... word dus oma. Er wordt niet alleen een baby geboren maar ook een nieuwe mama, een nieuwe papa, drie oma’s, drie opa’s, drie tantes, één nonkel en één overgrootmoeder. Contextueel kan dat tellen. Gelukkig geven negen maanden zwangerschap ons allemaal de tijd om te wennen aan het idee dat ons leven binnenkort nooit meer hetzelfde zal zijn. Het kleintje is zeer gewenst en zal met liefde omringd worden. Geen vuiltje aan de lucht, toch? Ik zal supporter zijn van hun geluk en mijn steentje van harte bijdragen. En ik blijf toch gewoon dezelfde. Maar naarmate de datum dichterbij komt en meer en meer mensen mij aanspreken over hoe ik genoemd wil worden, bekruipt me toch een kriebelig gevoel. Ik word echt bomma, oma, omi of wat dan ook. Elke morgen word ik wakker met allerhande levensvragen; moet ik stoppen met het verven van mijn haar? Moet ik iets aan mijn conditie doen? Wanneer ga ik ook alweer met pensioen? Zal ik tijd kunnen maken om een band te smeden met dit nieuwe mensje? Hoe kan ik mijn dochter steunen? En dat zonder een bemoeial te worden? Welke raad wil ik geven? Hoe zal de dynamiek veranderen binnen onze familie? Welke type oma wil ik zijn? Mijn jongste dochter wordt tante. Een mama en een tante in één huis … Hoe gek is dat. En dan komt er rust. Die eerste ouderdomsvlekken op mijn handen zijn plots gerechtvaardigd. En de plooien in mijn armen, benen en buik voelen minder vervelend. Ik laat mezelf toe in de zon te liggen en te genieten van niks te doen. Ik boek een reisje van vijf dagen. Tegelijk werk ik met meer focus. Ik voel meer vertrouwen in wat ik doe en wie ik ben. Meer dan toen ik zelf mama werd. Ik begin anders te luisteren naar verhalen van vriendinnen die al oma zijn. Ik kijk met mildheid naar de opa-in-spé. Mijn perfectionist en controleur worden figuranten. En ik voel: dit klopt helemaal. Ik besluit om een gezellige bomma te zijn: pannenkoeken bakken, zelf confituur maken, geduld, humor, zachte armen, klinkende zoenen en “moederkeszalf” voor kapotte knieën. En dan wordt hij geboren: 8 mei om 8 voor 8. Op moederdag. Een prachtig geschenk. Een pareltje aan onze familieketting. Oma zijn: dat is zingeving, hoop, vertrouwen en liefde. De archetypische magie van onze levenscyclus, zoals Jung het zou zeggen. |
Anne Van SluijsIk deel graag kleine stukjes, verhalen en bedenkingen uit het alledaagse leven. ArchivesCategories |
RSS Feed